Schaduwtest-uitleg

Deze test meet op vijf schalen hoe sterk oude beschermingspatronen nu je gedrag kleuren — en welke kwaliteit daaronder schuilgaat. Hoger = meer bescherming / meer jezelf kwijt; lager = meer aanwezigheid, regulatie en integratie.

Scoring in hele getallen
Elke schaal heeft 4 items (antwoord 1–5). Som per schaal: 4–20. Totaal (alle 5 schalen samen): 20–100.

Bandindeling (som-scores)
Per schaal (4–20): Laag 4–9 · Midden 10–15 · Hoog 16–20.
Totaal (20–100): Laag 20–49 · Midden 50–74 · Hoog 75–100.

1. Spiegel van Projectie

Wat meet het? De neiging om vooral jezelf in de ander te lezen (irritatie, jaloezie, idealisering) i.p.v. direct contact met je gevoel/behoefte.
Laag (4–9): je herkent projecties en kunt ze terugnemen; mildheid en zelfherkenning.
Midden (10–15): soms stuurt projectie je reactie; je doorziet het af en toe.
Hoog (16–20): reacties op anderen weerspiegelen wat in jou erkend wil worden; nodig uit tot zorgvuldig zelfonderzoek.
Reflectie: wat stoort/fascineert mij aan de ander — en wat vraagt dit in mij om erkenning?

2. Stem van Schaamte

Wat meet het? In hoeverre schaamte kwetsbare delen verborgen houdt.
Laag (4–9): kwetsbaarheid is welkom en draaglijk; je kunt gezien worden.
Midden (10–15): je schommelt tussen openheid en terugtrekking; veiligheid op maat helpt.
Hoog (16–20): schaamte beschermt, maar beperkt nabijheid; zachte, trage benadering is sleutel.
Reflectie: welk deel verdient bescherming — en hoe kan ik het toch zachtjes in het licht laten komen?

3. Kracht van Ontkenning (controle/afstand)

Wat meet het? De neiging om te sturen, verklaren of afstand te nemen om niet te hoeven voelen.
Laag (4–9): gevoelens mogen er zijn; je reguleert en blijft open.
Midden (10–15): bij spanning ga je sturen/analyseren, maar je kunt ook doorvoelen.
Hoog (16–20): controle/afstand als schild; eerst veiligheid creëren om te kunnen voelen.
Reflectie: wat probeer ik vast te houden? Als ik 10% zachter vasthoud, wat wordt dan voelbaar?

4. Idealisatie ↔ Devaluatie (splitsing)

Wat meet het? De slinger tussen ophemelen en afwaarderen — van anderen, situaties of jezelf.
Laag (4–9): stabieler (zelf)beeld; nuance en ambivalentie zijn draaglijk.
Midden (10–15): soms zwart-wit onder druk; vertragen en triggers herkennen helpt.
Hoog (16–20): sterke splitsing; “beide waar”-denken herstelt samenhang.
Reflectie: wat mag vandaag tegelijk waar zijn, zelfs als het elkaar lijkt tegen te spreken?

5. Onbewuste Gave

Wat meet het? De mate waarin de verborgen kwaliteit onder je schaduwpatronen begint door te schemeren (integratie/creativiteit).
Laag (4–9): potentie is aanwezig, wacht op bedding en spel.
Midden (10–15): glimpjes worden voelbaar; geef ritme en vorm zodat het kan groeien.
Hoog (16–20): de verborgen kracht krijgt contouren; integratie en creativiteit worden zichtbaar.
Reflectie: welke beweging wil door mij heen ontstaan als ik niets hoef te bewijzen?

Totaalbeeld (20–100)

Laag (20–49): je blijft doorgaans bij jezelf; grenzen, ritme en afstemming op waarden zijn aanwezig. Let op sluiproutes: vermoeidheid en “zo hoort het”.
Midden (50–74): wisselend profiel; kies één schaal waar je het meest “lekt” en oefen kleine, concrete stappen (één duidelijke nee, één pauze, één benoemde behoefte).
Hoog (75–100): je verlaat jezelf geregeld om de boel draaiende te houden; herstel begint met veiligheid en traagheid (lichaamssignalen erkennen, micro-grenzen, steun organiseren). Rust is voorwaarde, geen beloning.

Wat betekent “hoog” of “laag”?

Hoge score: geen falen, wel actieve bescherming. Ze was ooit functioneel; nu vraagt ze om herkennen → bedanken → bijstellen.
Lage score: je kunt voelen, begrenzen en afstemmen zonder jezelf te verliezen; onder druk kan het verschuiven — onderhoud helpt.

Micro-oefeningen (per schaal)

Projectie: drie ademhalingen + zin: “Wat ik nu in jou zie, zegt óók iets over wat ik in mij mag erkennen.”
Schaamte: deel één zinnetje met een veilige ander: “Er is iets waar ik me klein over voel…”
Ontkenning/controle: plan dagelijks één onproductieve pauze van 5 minuten om te voelen (niet fixen).
Splitsing: schrijf “+ / –” over dezelfde persoon/situatie; sluit af met “beide waar”.
Onbewuste gave: 10 minuten spel/tinkeren zonder doel (schetsen, noteren, bewegen).

Over het model: Projectieve Empathie

De Schaduwtest is gebaseerd op Projectieve Empathie: je vindt jezelf terug door te zien wat je over de ander voelt/denkt, en dat empathisch te re-eigenen. Wat we wegstoppen, wijst precies naar wat gezien wil worden; door het terug te halen, komt de onbewuste gave vrij — van bescherming naar aanwezigheid.